Tsuki Waza Theorie
Op deze pagina wordt beschreven wat tsuki en geri waza inhoudt en wat naar het idee van de auteurs het grote verschil is met atemi waza.Tsuki betekent 'stoot' en geri betekent 'trap'. Waza betekent zoals al reeds eerder vermeld 'techniek'. Het gaat hier dus om stoot en trap technieken welke uitgevoerd kunnen worden zowel als aanval als verdediging. Het doel van deze technieken is om anatomisch zwakkere delen van het lichaam van de tegenstander te raken en zodoende, via een krachtige beweging de tegenstander uit te schakelen. Om een stoot- of slagtechniek zo effectief mogelijk te maken moet het oppervlak waarmee de tegenstander geraakt wordt (zo) klein (mogelijk) zijn. Alle energie die in de stoot- of slagtechniek zit wordt dan op een heel klein oppervlak geplaatst. Zeker wanneer dit een anatosch zwakke plek betreft, is de kans op slagen van de techniek velen malen groter. Dit verschijnsel kan eenvoudig toegelicht worden. De tsuki waza bevatten een groot aantal armtechnieken bedoeld om de tegenstander uit te schakelen. De tsuki waza zijn onder te verdelen in stoottechnieken en slagtechnieken. Een stoot is een techniek gericht tegen uke die de kortste weg volgt, dus een rechte lijn. Een slagtechniek daarentegen is een techniek gericht tegen uke die altijd een cirkelbeweging beschrijft. Er zijn meer slagtechnieken dan stoottechnieken. Verder kunnen we de tsuki waza als volgt onderverdelen:
Handtechnieken | Armtechnieken | Overige technieken |
Gesloten hand | Elleboog | Hoofd |
Open Hand |
Onder de gesloten handtechnieken vallen alle vuiststoten en -slagen. Belangrijk bij het maken van een vuist is dat men de duim aan de buitenzijde van de vingers plaatst en dus dus niet in de vuist zelf. De kan kans bestaat namelijk dat men de eigen duim zou kunnen breken wanneer deze 'opgesloten' zit achter de vingers.
ID | stootvlak | doel | japanse naam |
1 | voorvuist (knokkels wijs- en middelvinger) | maag, borst, nek en gezicht | seiken tsuki of oi/gyaku tsuki |
2 | voorkant vuist | maag, kin | age tsuki |
2 | onderkant vuist (pinkzijde) | weke delen, hoofd | tetsui tsuki |
3 | vuist- of handrug | gezicht (neus), ribben en kruis | uraken tsuki |
Onder de open handtechnieken vallen alle stoot- en slagtechnieken waarbij men de tegenstander raakt met een open hand. Hierbij worden de vingers bij elkaar gehouden en iets gebogen. De hand vormt dan een soort kommetje. Alleen met de vingersteek nukite ippon houdt men de vingers gestrekt.
ID | stootvlak | doel | japanse naam |
1 | vingertoppen van wijs-, middel- en ringvinger | ogen, hals | nukite waza |
2 | buitenzijde hand onder de wijsvinger | slaap, neus, hals | haito uchi |
3 | buitenzijde hand onder de pink | slaap, nek | shuto uchi |
4 | muis van de hand | achterhoofd, neus, kin, plexus solaris | teisho tsuki |
Technieken met de elleboog kunnen uitgevoerd worden met de punt van de ellebooog en met de zijkant van de elleboog. Technieken met de zijkant van de elleboog zijn per definitie altijd slagtechnieken. Vanwege de anatomie van het schoudergewricht wordt een aanvals beweging met de zijkant van elleboog altijd een cirkelbeweging. Het gedeelte van de elleboog waarmee de slag wordt uitgevoerd is meestal het gedeelte aan de buitenkant van de arm vlak onder de elleboog. Bij dit gedeelte ligt het bot nog vlak aan get oppervlakte en wordt nog niet omgeven door spierweefsel. Het is dan ook een hard gedeelte dat goed gebruikt kan worden als wapen. Technieken met de punt van elleboog kunnen zowel slagen als stoten zijn. De punt van de elleboog is bij uitstek geschikt als wapen, omdat het alleen maar bot en huid bestaat en dus geen spieren. Wederom dus een hard oppervalk en een klein oppervlak. Het voordeel van een klein oppervlak staat hierboven beschreven. Deze technieken worden empi's genoemd en worden niet nader gespecificeerd in richting of raakvlak.
In dit gedeelte worden de overige technieken besproken. Dat zijn nu alleen nog de stoot technieken met het hoofd.
ID | stootvlak | doel | japanse naam |
1 | voorhoofd | gezicht, neus | mae atama ago |
2 | achterhoofd | gezicht, neus | ushiro atama ago |